Helma Lubbers

Mevrouw Alfabet

Helma Lubbers

Mevrouw Alfabet

Gebruik jij deze woorden ook verkeerd?

Woorden die op elkaar lijken, of waarvan de betekenissen op elkaar lijken, zorgen nogal eens voor verwarring. Met als gevolg dat mensen vaak het verkeerde woord gebruiken. Deze woorden staan ook wel bekend als verwarwoorden. Ik heb een paar gevallen uitgezocht waarmee het vaak mis gaat. In dit artikel lees je hoe het nou eigenlijk wél moet.

Te veel of teveel

Dit gaat zó vaak mis. Ik zie het overal: in Facebook-berichten, in ondertiteling, in artikelen. Ik kom deze fout zelfs vaak tegen bij collega-tekstschrijvers. Heel veel mensen schrijven namelijk teveel wanneer ze te veel bedoelen. Hoe zit dit nou eigenlijk?

Te veel betekent ‘meer dan nodig’:

Ik heb gisteren te veel gegeten.

Teveel is een zelfstandig naamwoord: het teveel. Het betekent ‘overschot’ en je gebruikt het zo:

Vanwege een teveel aan pruimen, heb ik twee pruimentaarten gebakken.

Het zelfstandig naamwoord teveel wordt niet zo vaak gebruikt. Dus bij twijfel kun je vrijwel altijd kiezen voor te veel. Maar misschien wil je liever niet gokken en gewoon zeker weten dat je het goed doet. Daarvoor zijn de ezelsbruggetjes natuurlijk uitgevonden:

Ezelsbrug: Wanneer je teveel/te veel kunt vervangen door te weinig, dan weet je dat je een spatie moet gebruiken. Je schrijft te weinig namelijk ook niet aan elkaar.

Proeven of smaken

Hoe vaak heb jij al iemand horen zeggen ‘dit proeft een beetje naar/als kip’? Of misschien zeg je het zelf wel zo? Doe maar niet, want het klopt niet.

Proeven houdt in dat jij degene bent die iets doet. Jíj proeft iets. Kijk:

Ik weet niet of ik het wel lekker vind, maar ik wil het wel proeven.

Een hamburger, chocola, of welke andere soort eten of drinken dan ook, kan niet proeven. Maar jíj wel.

Smaken betekent dat iets ergens naar smaakt of dat iets lekker smaakt:

Dit smaakt een beetje naar kip.

Dat smaakt naar meer.

Het smaakt een beetje zoet.

Geheugensteuntje: Je weet pas hoe iets smaakt, als je het proeft.

Bedoeling of bedoening

Dit is iets wat je vooral vaak in de spreektaal tegenkomt. Mensen zeggen bedoeling in plaats van bedoening. Wat betekenen deze woorden eigenlijk?

Bedoeling gebruik je wanneer het gaat om een doel:

Het was niet mijn bedoeling om zoveel geld uit te geven.

Bedoening gebruik je om iets te zeggen over een bepaalde toestand:

De cursus was een saaie bedoening.

Ik snap de verwarring wel, want bedoening en bedoeling klinken bijna hetzelfde. Toch is het best storend wanneer iemand het verkeerde woord gebruikt, omdat de betekenissen heel verschillend zijn.

Ezelsbrug: Heeft dat wat je wilt gaan zeggen iets te maken met een doel of intentie? Gebruik dan bedoeling.

Mits of tenzij

Dit gaat ook nogal eens mis. En dat is vervelend, want deze woorden zijn min of meer het tegenovergestelde van elkaar. Dus als je het verkeerde woord kiest, zeg je iets heel anders dan de bedoeling is.

Mits betekent ‘op voorwaarde dat’.

Tenzij betekent ‘behalve als’.

Een voorbeeld:

Je mag aanschuiven bij de barbecue, mits je hebt meegeholpen met het opruimen van het buurthuis.

Deze zin betekent dat als je hebt opgeholpen met het opruimen van het buurthuis, je ook mag komen barbecueën.

Nu dezelfde zin, maar dan met tenzij:

Je mag aanschuiven bij de barbecue, tenzij je hebt meegeholpen met het opruimen van het buurthuis.

Dit is een beetje gek. Er staat namelijk dat je mag meedoen met de barbecue, behalve als je hebt meegeholpen met opruimen.

Nu andersom:

We gaan dit weekend naar het strand, tenzij het regent.

Hier staat dat we naar het strand gaan, behalve als het regent. Dit is een prima zin.

We gaan dit weekend naar het strand, mits het regent.

Deze zin betekent dat we naar het strand gaan, maar alleen als het regent. Dit is dus een beetje onlogisch.

Ezelsbrug: geen (sorry).

Tenslotte of ten slotte

Je zou bijna denken dat het niet uitmaakt of je hier een spatie gebruikt of niet, maar niets is minder waar.

Tenslotte betekent ‘immers’, ‘uiteindelijk’, of ‘per slot van rekening’.

Ten slotte betekent ‘tot slot’.

Hoe gebruik je deze woorden dan?

Ik ga vroeg naar bed vanavond. Ik heb tenslotte een drukke dag gehad.

Hij sprak eerst het publiek toe en ten slotte nam hij de prijs in ontvangst.

Dezelfde constructie gaat op voor tenminste en ten minste:

Tenminste betekent ‘in ieder geval’, of ‘althans’.

Ten minste betekent ‘minstens’.

Dat werkt zo:

Ik woon dan wel niet in de grote stad, maar hier is tenminste ruimte en rust.

Voor deze schrijfopdracht heb ik ten minste vier uur nodig.

Ezelsbrug: ook niet (sorry).

Kies jij vaak het verkeerde woord?

En? Zijn dit woorden waarmee jij ook weleens de mist ingaat? Ik hoop dat bij deze gevallen wat duidelijker is geworden hoe het zit en dat je minder vaak het verkeerde woord kiest. Heb je geen zin om je bezig te houden met de juiste woordkeuze voor je teksten? Een tekstschrijver doet vaak wonderen. Hier lees je wat ik zoal voor je kan betekenen. Heb je vragen? Neem gerust contact op.